woensdag 1 april 2015

Digitaal museum in de klas of digitale klas in het museum?


Inleiding
 
Voor ik aan de specifieke lerarenopleiding begon, studeerde ik Kunstwetenschappen. Ik wilde voor de blog van het vak onderwijstechnologie ook een onderwerp vinden, dat bij die studies aanleunt en zo kwam ik terecht bij de digitale museumklas van het museum-M in Leuven. In dit artikel heeft men het voornamelijk over de digitale toepassingen die gebruikt werden door het museum, binnen het educatieve programma voor scholen.


Samenvatting:

Museum M en Easy-M introduceren: De digitale M-klas

Voor de tentoonstelling “Ravage. Kunst en cultuur in tijden van conflict” werkte Museum M in Leuven samen met Easy-M, de grootste Apple Premium Reseller van ons land, om een digitaal platform te ontwikkelen voor schoolbezoeken aan de tentoonstelling.

Er werd een digitaal klasconcept uitgewerkt, waarbij leerlingen via een I-Pad “zichzelf kunnen rondleiden” in het museum, op een eigen tempo.
Men is vertrokken van het steeds groter wordende belang van de digitalisering binnen onze maatschappij. Het uiteindelijke doel van Easy-M is voornamelijk om jongeren (kinderen en tieners) de digitale media op een andere manier te leren kennen. Ze willen dat jongeren meer met serieuze en ernstige toepassingen leren werken, zodat ze verder leren kijken dan de pure vrijetijdsbesteding bij het gebruik van I-Pads en andere technologieën.
Dit project wilt bijdragen tot de digitale geletterdheid en mediakennis van de verschillende doelgroepen die de tentoonstelling bezoeken.

Volgens verschillende scholen, waar reeds met I-Pads gewerkt werd, bevordert het gebruik ervan de sociale vaardigheden en creativiteit van de leerlingen. Er kan op een eenvoudige manier gedifferentieerd lesgegeven worden en de leerlingen zijn vaker langer geconcentreerd en gemotiveerd aan het werk.

Ondertussen zijn er ook al andere musea en educatieve instellingen die samenwerkten met Easy-M voor het ontwikkelen van educatieve museum-apps en museumspelen op een I-Pad.
Musea kunnen op verschillende manieren gebruik maken van digitale technologieën om hun bezoekers informatie te verschaffen. In La Maison de la Science in Luik wordt bijvoorbeeld met QR-codes codes gewerkt, in combinatie met I-Pads. De bezoekers kunnen de codes dan scannen en op de I-Pad de informatie terug vinden in de vorm van extra tekst, filmpjes of andere. De manier waarop Museum M het gebruik van de I-Pad toepaste was echter nieuw in Vlaanderen.

Ik voeg nog een filmpje toe, over de de digitale M-Klas.  




Reflectie

Het gebruik van digitale middelen tijdens een museumbezoek hebben duidelijk een aantal voordelen. De leerlingen kunnen op hun eigen tempo een tentoonstelling bezoeken. Ze kunnen de nodige informatie via de I-Pad vinden en verwerken.
In andere musea, in binnen- en buitenland vinden we dit soort toepassingen. Een voorbeeld kunnen we ook zien in Nederland, in het Boijmans van Beuningen museum te Rotterdam. Wanneer we op de website kijken, zien we dat er verschillende mogelijkheden zijn voor het inrichten van rondleidingen met een klas.. Een van de opties is de multimediatour (voor het middelbaar onderwijs), waarbij de leerlingen, met gebruik van een eigen smartphone of I-pod een reis langsheen de collectie maken. via filmpjes, geluidsfragmenten,… krijgen de leerlingen extra informatie.

Maar volgens mij heeft dit soort toepassingen ook een nadeel. Kijken de leerlingen nog wel echt naar de kunstwerken in het museum, of zijn ze alleen nog gefixeerd op de I-pad, I-pod of smartphone die ze in hun handen hebben of krijgen?
Het is volgens mij van het grootste belang, dat er een goed evenwicht gevonden wordt tussen het kijken naar dat wat rondom te zien is en dat wat je uit je smartphone of I-Pad kan halen. Anders krijg je een soortgelijk effect van de toerist die pas na zijn reis naar de foto’s kijkt en beseft waar hij geweest is.

Ik ben zeker niet tegen het gebruik van digitale technologie in klassen of in musea. Wel heb ik er soms mijn bedenkingen bij. Een voorbeeld dat ik hiervoor wil aanhalen, is een reactie die ik kreeg van een leerling uit de stageklas waar ik esthetica gaf. Ze zei me dat ze eens “echte kunst” wilde zien, in plaats van steeds opnieuw de Power-Pointpresentaties van de leerkrachten onder de neus geduwd te krijgen, met vaak zwart-wit foto’s of slecht leesbare afbeeldingen.

Ik vind het belangrijk om leerlingen niet alleen maar via deze nieuwe technologische en digitale wereld leerstof bij te brengen, of toch niet voor het vak esthetica.
Net zoals ik in een ander blogbericht las, dat wij vroeger met pen en papier moesten leren schrijven, denk ik dat het nog nuttig is om leerlingen in boeken te laten kijken. Ik merk bij mezelf vaak dat ik veel vluchtiger naar internetafbeeldingen kijk, of moeilijk teksten online lees, dan wanneer ik ze op papier heb, aantekeningen kan maken, kan voelen en ruiken waar ik mee bezig ben. Een boek met schilderijen, details, uitvergrotingen, …vind ik voor leerlingen misschien nog wel meer prikkelend dan een PowerPointpresentatie.

Maar ik ben zeker niet tegen de digitalisering en het gebruik van technologie in het onderwijs. Het gebruik van interessante websites, waar jongeren zich kunnen verdiepen in bepaalde onderwerpen, gelinkt aan de lessen, lijkt me zeer nuttig.
Zo kan je als leerkracht esthetica natuurlijk gebruik maken van talrijke educatieve pagina’s op de websites van verschillende musea, in aanloop van een museumbezoek.
Zo kan je op verschillende museumwebsites een account aanmaken, waarin je je eigen tentoonstelling kan samenstellen, waarbij je informatie vindt over alle kunstenaars en werken die je wilt gebruiken…
Ook op deze manier kunnen leerlingen reeds warm gemaakt worden voor een wat ze in “het echt” te zien zullen krijgen.

Ik ben nog maar een “beginneling” in deze onderwijstechnologie en zal me er nog stevig in moeten verdiepen, om van dit idee af te komen misschien. Maar ik hoop alleszins dat het nooit zover komt, dat leerlingen de weg naar een gewone bibliotheek niet meer vinden.
De combinatie van leren via online programma’s en dat wat er op papier staat, lijkt me ideaal. Ook wat samenwerken tussen leerlingen betreft, mogen we de online toepassingen niet vergeten.


 Bronnen
·      http://dspace.library.uu.nl/handle/1874/307344 : R. Wubbs, “Online Betrokken. Het Rijksmuseum en het Boijmans van Beuningen in Rotterdam en hoe zij online inspelen op hun bezoekers”, 2014.
·      www.boijmans.nl
·      http://dspace.library.uu.nl/handle/1874/302931 : R. Agterberg, “De invloed van groepsrollen op interactie en leerprestaties in een digitale leeromgeving. (Masterthesis. Themagebied: Samenwerkend leren)”, Utrecht 2014.


2 opmerkingen:

  1. Beste Fien,

    Ik ben het grotendeels eens met je reflectie over het gebruik van digitale middelen. Leren in een museumomgeving mag, denk ik, niet gereduceerd worden tot het oplossen van oefeningen op een tablet, waarbij het museum zelf quasi overbodig wordt. Dit zou helemaal ingaan tegen het concept van het werkplekleren. Afwisseling is belangrijk alsook het prikkelen van de verschillende zintuigen. Het is daarom cruciaal dat het digitaal middel interactie stimuleert tussen de leerling en het kunstwerk, waardoor er een verdieping van het leren komt. Op een leuke, interactieve manier, eventueel door het invoeren van een spelelement kan zo de "saaiheid" van een museumbezoek voor sommige leerlingen doorbroken worden. Een leuk optie is dan ook het verdelen van 1 tablet over groepjes leerlingen die hierdoor tot communicatie over, en interactie met, het kunstwerk worden aangespoord. Zolang het digitalisering niet een doel op zich vormt, maar een middel om de interactie tussen het museum, de kunstwerken en de bezoeker te bevorderen, ben ik ervan overtuigd dat er een grote meerwaarde schuilt in het gebruik van digitale middelen bij een museumbezoek. Dit om het leren zelf te stimuleren maar ook om het museumbezoek op zich aantrekkelijker te maken voor de huidige generatie jongeren.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Beste Michele,

    Bedankt voor je reactie. Ik ben het eens met wat je zegt, het digitaliseren mag zeker geen doel op zich zijn.
    Als je verschillende websites van musea bekijkt, waar er interactieve/digitale rondleidingen worden aangeboden, komen de voorbeelden die jij aanhaalde ook redelijk aan bod: spelelementen, samenwerken in groepjes,... Maar ik ben gewoon bang dat leerlingen dit zelf niet zo zien.
    Het is heel belangrijk dat er voorafgaand aan een museumbezoek hier reeds naartoe gewerkt wordt. Het lijkt me dat kinderen op die manier geprikkeld kunnen worden om de "echte" objecten (of het nu om kunst of voorwerpen gaat maakt niet zo veel uit) te kunnen zien.
    Daarnaast is het volgens mij van groot belang dat de digitale leermiddelen, door het museum ontworpen, goed aansluiten op eventuele lesmappen voor op school. De digitale leermiddelen mogen slechts een leidraad zijn binnen de tentoonstelling of museum, zodat de leerlingen leren kijken naar wat rondom hen is en niet slechts op dat flikkerende schermpje in hun handen.

    BeantwoordenVerwijderen