In een
recent verschenen artikel uit Het Nieuwsblad, namelijk ‘Kinderen ervaren
oogproblemen door digitaal schoolbord’, wordt het probleem van vermoeide, tranende
ogen en hoofdpijn aangekaart bij schoolkinderen door het gebruik van digitale
schoolborden in de klassen. Volgens opticiens moeten kinderogen vandaag de dag
in onze digitale maatschappij veel harder werken dan vroeger, waardoor er
problemen ontstaan. De ogen van de kinderen raken veel sneller vermoeid door
naar een lichte achtergrond te kijken. Dit kan hoofdpijn veroorzaken, maar ook
bijziendheid of scherpstellingklachten, aldus Guy Naegels, docent optometrie
aan de Odisee Hogeschool Brussel. Deze problemen zijn mogelijk toe te wijzen
aan het digitaal schoolbord. Dit fenomeen ziet men ook al voorkomen bij
lagerschoolkinderen. Op een blad of schoolbord kan men het oog meteen
scherpstellen, terwijl er bij het kijken naar een digitaal scherm vertraging
kan ontstaan. Verder stelt hij dat onze ogen eigenlijk gemaakt zijn om ver te
kijken, aangezien onze ooglenzen dan ontspannen zijn. Indien je te lang
dichtbij kijkt, kan het systeem verkrapt raken. Daarom acht hij het belangrijk
dat de kinderen voldoende buiten spelen.
Een
digitaal schoolbord wordt steeds vaker gebruikt in het onderwijs (Aytaç, 2013).
Volgens Kennewell (2006) is een digitaal schoolbord een goed hulpmiddel om
gemeenschappelijk te leren, terwijl bv. tablets, laptops,… meer geschikt zijn
voor kleinere groepen. Uit een studie van Aytaç (2013) blijkt dat studenten
zich wel degelijk zorgen maken over de mogelijke negatieve effecten van
digitale schoolborden, bv. straling, vingerirritatie, oogproblemen, warmte van
het bord,… Ook leiden afstellingproblemen tot concentratie- en tijdsverlies bij
de studenten. Tevens gaven de studenten aan dat hoe vaker het digitaal
schoolbord gebruikt werd in de les, hoe passiever ze werden. In tegenstelling
tot hoe de leerlingen het hebben ervaren, steeg hun engagement, motivatie en enthousiasme
om te leren en deden ze dit op een actievere manier (Aytac, 2013). Ook
Mecheling et al. (2007) merkt op dat studenten een toenemende aandacht
vertonen, aangezien alles veel beter gevisualiseerd wordt. De leraar heeft de
verantwoordelijkheid om op een goede en efficiënte manier gebruik te maken van
het digitaal schoolbord, m.a.w. om de juiste lesgeefmethode te hanteren (Aytac,
2013). Het digibord zelf zorgt immers niet voor de verrijking, maar wel de
leerkracht (Digiborden in het onderwijs, 2016). Volgens Kennewell (2006) hebben
niet alle leerkrachten de juiste expertise om correct om te gaan met deze
schoolborden. Uiteraard zijn er nog meerdere voordelen, zoals bv. het
ICT-gebruik van leerlingen kan evolueren, de les kan heel gemakkelijk
interactief worden, je kan de bordlessen delen met andere leerkrachten en
studenten,… Toch moet er ook rekening worden gehouden met nog enkele andere
nadelen, zoals bv. het kostenplaatje, de voorbereiding die veel tijd vergt van
de leerkrachten, de beperkingen van elektronica,… (Digiborden in het onderwijs,
2016).
Naar mijn
mening moet er een beter evenwicht komen in het gebruik van het digitaal schoolbord.
Leerkrachten moeten zich bewust worden van de mogelijke nadelen op de
gezondheid van de leerlingen, ook al is dit nog niet wetenschappelijk bewezen.
Het feit dat leerlingen problemen aangeven en deze zouden gekoppeld kunnen
worden aan het digitaal schoolbord, is al voldoende. Leerkrachten dienen dan
ook de tijd dat ze met het schoolbord werken per les in te perken tot bv. maximaal
20-30 minuten. De rest van de tijd kan creatief op een andere manier, met
andere werkvormen worden ingevuld. Op deze manier krijgen bv. de ogen van de
leerlingen even rust. Aangezien we in een digitaal tijdperk leven, stopt het
gebruik van elektronica niet na de les. Ook thuis kijken kinderen tv, spelen ze
op tablets, computer,… Daarom is dit evenwicht cruciaal. Verder vind ik het
gebruik van een digitaal schoolbord heel positief. Zoals uit onderzoek is
gebleken en eerder vermeld zijn er ook heel wat voordelen. Zo zal het bv. de
leerlingen motiveren op een actieve manier en zal hun aandacht toenemen. Alvorens
leerkrachten moeten werken in de les met een digitaal schoolbord, zou het best
zijn dat ze allen een goede opleiding krijgen over het gebruik ervan. Op deze
manier wordt er geen tijd verspilt tijdens de lessen en groeien hun
mogelijkheden.
Bronnen:
Aytaç, T. (2013). Students’
viewpoints and facing problems towards the use of interactive whiteboards. International Conference on
Information Technology.
Digiborden
in het onderwijs. Online beschikbaar via: https://sites.google.com/site/digibordeninhetonderwijs/home/didactisch/voor--en-nadelen-van-digitale-schoolborden. [Bekeken op 20/03/2016].
Het Nieuwsblad (oorspronkelijke bron: Het Laatste
Nieuws), 14/10/2015. Kinderen ervaren oogproblemen door digitaal schoolbord.
Online beschikbaar via: http://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20151014_01918485. [Bekeken op 04/03/2016].
Kennewell,
S. (2006). Reflections on the interactive whiteboard phenomenon: a synthesis of
research from the UK. Australian Association for Research in Education.
Mechling, L.C., Gast, D.L., Krupa, K.
(2007). Impact of SMART Board Technology: An investigation of sight word
reading and observational learning. Journal of Autism and Developmental
Disorders, 37, 1869-1882.
Beste Jinne,
BeantwoordenVerwijderenNaar aanleiding van het schrijven van mijn eigen blog, vond ik het zeer interessant om de uwe te lezen. Ik deel dan ook uw mening dat het van groot belang is een gezond evenwicht te vinden in de voor-en nadelen van het gebruik van een digitaal schoolbord.
Zelf heb ik nog niet zo lang geleden nadelen zoals hoofdpijn en vermoeidheid ondervonden door een hele lesdag te kijken naar geprojecteerde slides. Vandaar dat ik, naast nog andere redenen, uw mening hierin steun en we moeten oppassen voor een “overgebruik” van technologische snufjes, zoals bijvoorbeeld een digitaal schoolbord. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat technologie binnen het onderwijs sommige lessen kan vergemakkelijken of gewoon plezanter kan maken, maar het is geen noodzakelijke behoefte dat de leerlingen/studenten dagelijks enkele uren in contact komen met schermen binnen de klasomgeving. Zoals u zelf aanhaalt ondergaat de jeugd van tegenwoordig na schooltijd nog genoeg schermtijd. Net daarom ben ik van mening het schermgebruik binnen de schoolcontext te beperken en het enkel te gebruiken wanneer het nodig wordt geacht.
De fysieke problemen die hieruit volgen zijn natuurlijk niet enkel een gevolg van technologie in de klas, maar zijn een gevolg van onze snel evoluerende maatschappij. Aangezien onderwijs een belangrijk onderdeel hiervan is, kunnen we natuurlijk niet achterblijven.
Toch pleit ik ervoor, mede gebaseerd op wetenschappelijke artikels die ik gelezen heb voor mijn eigen blog, dat we de technologie gebruiken als middel, niet als doel.
Deze reactie is verwijderd door de auteur.
VerwijderenHey Renate,
VerwijderenIk vind het mooi verwoord van je dat we technologie als middel moeten gebruiken en niet als doel. Zoals eerder aangegeven moeten we denken aan de gezondheid van de kinderen, aangezien onze maatschappij steeds meer sedentair wordt o.a. ten gevolge van technologie. Maar aan de andere kant is het uiteraard niet meer weg te denken in onze huidige samenleving en dus ook niet in de onderwijscontext. Onderzoek zou moeten bepalen welk evenwicht er tussen de twee zou moeten komen.
Dag Jinne,
BeantwoordenVerwijderenMooie uiteenzetting!
Mijn oude middelbare school (en stageschool) heeft erg geïnvesteerd in digitale schoolborden. Meerdere vaklokalen bezitten er eentje en in vele gevallen is er geen krijtbord meer aanwezig (of toch een verwaarloosbaar klein geval). Tijdens mijn eerste observatieles was ik dan ook erg benieuwd hoe en waarvoor mijn mentor deze zou gebruiken. Jammer genoeg werd deze uitsluitend als projectiescherm gehanteerd. Het multifunctionele karakter werd niet gebruikt. Tijdens een stageles had ik enkele interactieve oefeningen op het digitale schoolbord getoond en het enthousiasme en de motivatie bij de leerlingen waren opvallend hoger. Indien het dus enkel en alleen als projectiescherm wordt gebruikt is het een duur grapje, zoals je aanhaalt. Aansluitend bij Renate haar commentaar wordt het in dergelijke gevallen niet als hulpmiddel gebruikt. Ik denk dus dat het van essentieel belang is om leerkrachten voldoende ondersteuning te geven, zoals je vermeldt in je artikel.
Wat wordt precies bedoeld met het gemeenschappelijke leren? Leerlingen schenken (in het beste geval) dan wel aandacht aan het digitale schoolbord, maar er is uiteindelijk maar één persoon die het bediend.
Ik ga er eveneens mee akkoord dat er een evenwicht gevonden moet worden en er niet voor alles iets technologisch gebruikt moet worden. Al denk ik dat jouw indicatie (max. 20-30 min. digitale schoolborden gebruiken) niet voor elk vak haalbaar is. Tijdens het vak aardrijkskunde maak ik tijdens mijn stagelessen bijvoorbeeld veel gebruik van filmpjes, beeldmateriaal, krantenartikels, interactieve oefeningen,… Indien ik tijdens de les geen digitaal bord kan gebruiken, vind ik dit vaak een nadeel. Misschien kan er iets gedaan worden aan de helderheid van het beeld (in de hoop dat dit de oogklachten iets doet dalen)?
Dag Jolien,
VerwijderenMet het gemeenschappelijk leren bedoel ik dat ze allemaal met hetzelfde bezig zijn. Bv. als een leerkracht een vraag stelt over een afbeelding of filmpje op het digitaal schoolbord, denken ze allemaal na over hetzelfde, kunnen ze met elkaar in interactie gaan, leren ze van elkaar,... Terwijl, wanneer je ze laat werken op een tablet, zijn ze meer inividueel bezig met een opdracht. Het valt natuurlijk te zien welke opdracht je juist geeft natuurlijk.
De helderheid optimaliseren kan inderdaad misschien wel al iets helpen. Ik snap dat een digitaal schoolbord heel nuttig is voor filmpjes, beeldmateriaal,... en ga daar dan ook volledig mee akkoord. Maar als elke leerkracht vindt dat hij een hele les het digitaal schoolbord nodig heeft, staan we geen stap verder. We moeten denken aan de gezondheid van de leerlingen. Zo kunnen krantenknipsels en dergelijke dingen ook uitgeprint worden en hen op papier getoond worden. Het vergt een beetje extra creativiteit van de leerkrachten. Op deze manier draagt iedereen zijn steentje bij en kunnen we tot een 'gezonder' evenwicht komen.
Bedankt voor de verduidelijking!
BeantwoordenVerwijderenVariatie is de boodschap, begrijp me niet verkeerd. Het is een beetje wikken en wegen wanneer welke tool wordt ingezet. Misschien dien ik hier als stagiaire zelf nog explicieter op te letten tijdens mijn lesvoorbereidingen. Het opdoen van ervaringen en uitwisselen van ideeën, zorgen alleszins voor nieuwe inzichten.