woensdag 1 april 2015

De school van de toekomst: gouden zaken voor multinationals?




Samenvatting
  
Dit blogbericht van Alexis Kauffmann refereert naar een fragment (14 minuten) van een documentaire van de Franse zender Canal + over toekomstige scholen ('Ecole du futur: la fin ds profs?' ), waarin een interview van hem wordt opgenomen. Kauffmann is de stichter van Framasoft, een Franse vereniging die free-software promoot. Deze documentaire werd op 8/09/2014 uitgezonden .
In dit fragment zien wij eerst een internationale beurs voor onderwijstechnologieën in Londen. Onderwijstechnologieën vormen een markt die ingeschat wordt tot 100 miljarden euro en die een groei van 1500 % voor de 10 komende jaren zou moeten boeken. Hoewel Apple de leider voor tablets is, neemt het bedrijf niet deel aan het salon; het wordt door partnerbedrijven vertegenwoordigd, die educatieve software voor Apple ontwikkelen. Volgens een verantwoordelijke van zo’n software weet iedereen reeds wat een iPad is, zij staan enkel daar om het ‘educatieve potentieel’ van hun software aan te tonen. Alleen vergeten ze te vermelden dat de meeste softwares enkel met een Appletoestel werken. Net zoals voor Microsoft is software dus een gemakkelijk middel voor Apple om klanten te verbinden op lange termijn.

De journaliste bezoekt vervolgens de ‘klas van de toekomst’ in een show-room van Microsoft in Parijs. Thierry de Vulpillières, verantwoordelijke onderwijs van Microsoft Frankrijk beweert dat 55% van Franse leerlingen zich op school zouden vervelen ; Microsoft zou hier zijn steentje bijdragen om het onderwijs te dynamiseren. Het grootste probleem voor dit bedrijf is dat ze geen reclame op school kunnen maken, aldus de wet. Bijgevolg heeft het strategieën ontwikkeld om dit verbod te ontwijken en lobbying bij het Ministerie te voeren. Zo financiert Microsoft forums van het Franse Ministerie van Onderwijs waar ze actief leerkrachten kunnen beïnvloeden.  Tijdens het laatste ‘forum van de innoverende leerkrachten’ van het Ministerie zien wij dat de Vulpillières nauwe banden met sommige leerkrachten heeft. Hij biedt aan een ‘oude kennis’, een lerares Frans, tien tablets voor haar klas; het kan geen kwaad voor zijn business, aangezien haar school van 700 leerlingen een potentieel doel is. Alexis Kauffmann is er ook en vraagt hem hoeveel geld hij geïnvesteerd heeft voor dit forum.  De Vulpillières geeft geen cijfer maar erkent dat Microsoft in het verleden tot 50% heeft bijgedragen. Kauffmann toont daarna een uitnodiging voor een door de Académie de Paris georganiseerde officiële studiedag in mei 2014, die in Microsofts show-room plaatsvond. Volgens Kauffmann raakt de neutraliteit van scholen in gevaar. De nieuwe verantwoordelijke voor digitalisering van het Ministerie van Onderwijs erkent dat het om een vorm van samenzwering gaat.
Tenslotte verklaart het Franse parlementslid Isabelle Attard hoe haar amendement ten gunste van free-software voor de hervormingswet van scholen vernietigd werd door actieve lobbying van multinationals. Haar voorstel werd in eerste lezing goedgekeurd door de Franse Assemblée en de Senaat maar werd nadien teruggetrokken, nadat de industrie een perscommuniqué gepubliceerd had. In dit bericht beweerde zij dat dit amendement een ‘heel zware handicap’ zou zijn voor de meeste bedrijven van het sector.

Standpunt

Net zoals mijn medestudenten Godfied Roelant (‘Muntpunt stelt digitale klas voor’, 26 maart) en Katerina Daem (Steve Jobs scholen: (on)zin?’, 19 maart), om een paar te noemen, sta ik vrij kritisch ten opzichte van deze initiativen van bedrijven binnen de scholen en ministeries. Volgens mij gaat het niet om altruisme om de digitale kloof te verkleinen of lessen minder vervelend te maken, maar om loutere lobbying van multinationals en verleidingsstrategiëen ten opzichte van toekomstige klanten (leerlingen en leerkrachten). Voor ik in het onderwijs begon, werkte ik namelijk in een lobby ; in dit TV-programma erken ik helemaal de technieken van deze verenigingen : nauwe banden met ambtenaren, altruistiche berichten, splinternieuwe show-rooms, discrete financiering van events die officiëel georganiseerd worden door ministeries of de Europese Commissie, cadeautjes aan ambtenaren, massale aanval tegen de tegenstroom (cf. het amendement ten gunste van free-software)… Volgens mij zouden zulke initiativen wettelijk verboden zijn op Europees en nationaal niveaus, omdat het tegenstrijdig is met de officiëlle doelstellingen van de overheid. Zo zie ik grote discrepancies tussen deze lobbying-praktijken en tenminste drie kerncompetenties, die als relevant voor leerlingen aangehaald worden in het boek ‘Taccle 2’, namelijk :

1.     De digitale competentie (p. 14), die ‘de vertouwdheid met en het kritische gebruik van technologiëen van de informatiemaatschappij omvat’. Ik vraag me af of het verschil tussen Windows, computer en software echt duidelijk is voor leerlingen in Europa (ik denk aan het super-monopolie van Microsoft op ons continent), des te meer als alle scholen van een land uitgerust worden met toestels en software van een groot ICT-bedrijf, ter gevolge van een supercontract met de Ministerie Onderwijs. Denk maar aan het superdeal tussen Microsoft en de KULeuven en met het Departement Onderwijs. Het verwijzen naar ‘spreadsheets’ in plaats van ‘Excel’ is op dat vlak geen overbodige luxe of woordenschatprobleem : het gaat om een strijd tegen digitale analphabetisme en monopolies, evenals het verwerven van een kritische attitude. Jarenlang heb ik het verschil tussen PC, Microsoft, Windows en software niet begrepen (ik geef wel toe dat ik 35 ben J, en toch ben niet zeker dat veel veranderd is op dat vlak op school…  ) ;

2.     Ondernemingszin en zin voor initiatief (p.18) : het gaat ‘om het vermogen van een individu om ideeën in actie om te zetten. (…) Dankzij deze competenties zijn individu’s (…) op de werkplek bewuster van hun werkomstandigheden, wat hen in staat stelt meer kansen te grijpen. (…) Bewust omgaan met ethische waarden (…) gaat hiermee gepaard.’ Hoe kunnen leerlingen en leerkrachten kritisch redeneren over competitie en vrije concurrentie op de ICT-markt, als ze niet op de hoogte zijn dat er meer dan één groot systeem (Microsoft of Appel) bestaat of als ze nooit (gratis) alternatieven hebben gebruikt ? Beperkt het quasi-monopolie van Microsoft ook niet de mogelijkheden van toekomstige en huidege ondernemers? Ondersteunt het niet de overtuiging voor leerlingen dat er maar een of twee alternatieven zijn ?

3.     Sociale verantwoordelijkheid en burgerzin (p. 22), die ‘personen in staat stellen volledig deel te nemen aan het leven als burger, dankzij kennis van sociale en politieke begrippen en structuren.’ Volgens mij moet men niet enkel het belang van het stemrecht begrijpen of kennis over de klassieke politische structuren verwerven om kritische burger te worden in onze samenleving. Deze video en de superkorting van Microsoft voor Vlaamse scholen (cf. artikel op Pointcarré : ‘Kunnen scholen nog zonder Microsoft?) zijn mooie casussen om het beslissingsproces in Europa onder de loep te nemen.



Bronnen :

Blogbericht en link naar video : http://framablog.org/2014/09/30/microsoft-education-logiciel-libre-video/
 
Artikel ‘Kunnen scholen nog zonder Microsoft?’:  https://pointcarre.vub.ac.be/index.php?go=course_viewer&application=application\weblcms&course=29&tool=document&publication_category=26854&browser=table&tool_action=viewer&publication=278174




'Taccle, Technologieondersteund leren voor sleutelcompetenties'



Geen opmerkingen:

Een reactie posten