woensdag 1 april 2015

Death by PowerPoint

Dit blogbericht vertrekt van enkele online artikels over de zin en onzin van presentatiesoftware en gaat dieper in op de achtergrond ervan. Zowel in de populaire artikels als in de wetenschappelijke artikels wordt een specifiek merk van presentatiesoftware genoemd, namelijk PowerPoint. Dit behoort tot de kantooromgeving, Office, van het bedrijf Microsoft. Ook in het dagelijks taalgebruik wordt dit voorbeeld van merkverwatering of antonomasia vaak gebruikt: om het leesgemak te bevorderen zullen ook in dit blogbericht de termen PowerPoint, slides of presentatiesoftware door elkaar gebruikt worden: de lezer weet dat dit ook geldt voor andere softwarepakketten.

Een eerste artikel wordt gelezen in de Huffington post. Laury Lever vertelt er over haar eerste ervaringen met het maken van een PowerPointpresentatie (Levy 2015). Ze geeft aan niet goed te weten hoe ze moet beginnen en vooral dat ze niet goed weet hoe ze haar boodschap moet overbrengen. Ze weet een ding zeker: hoe ze haar boodschap zeker niet wilt overbrengen. We worden meegenomen in de technische hinderbaan bij het maken en bij het geven van haar presentatie. Jammer genoeg weten we niet hoe haar presentatie afloopt en of ze haar publiek heeft kunnen boeien. We krijgen wel nog een quote van Edward Tufte mee:
"PowerPoint is a competent slide manager and projector. But rather than supplementing a presentation, it has become a substitute for it. Such misuse ignores the most important rule of speaking:Respect your audience." (Edward Tufte, in Levy 2015)

In een tweede artikel, van Paul Smith en Tony Boyd op The Australian Financial Review, wordt melding gemaakt van verschillende directeurs en managers die PowerPoint weren  (Smith & Boyd, 2015). Het gaat hier om het misbruik van de presentatiesoftware: voor elke vergadering of voor elk voorstel wordt een presentatie gemaakt. Het voelt volgens de managers die aan het woord zijn aan als een verplicht nummertje zonder meerwaarde. Andere managers erkennen dit misbruik maar geven aan dat het de tool niet verweten moet worden dat er slecht werk mee wordt gedaan; ze stellen dat presentatiesoftware zoals PowerPoint zeker zijn waarde heeft in de bedrijfsomgeving.

Een derde artikel tenslotte, door Ward Neyrinck en Ide Smets geschreven voor het Leuvense studentenblad Veto, klaagt de slidecultuur (sic.) aan (Neyrinck & Smets, 2008). Te veel docenten zouden slides gebruiken. De bedoeling is om de hoorcolleges te ondersteunen met illustraties maar te veel worden de slides gebruikt als vervanging van de uitleg in de les, slides worden gewoon afgelezen. Daarnaast vervangen de slides ook steeds meer de handboeken of cursusteksten. Dit is het slechtste van twee werelden: de slides bevatten te veel informatie om als ondersteuning van de hoorcolleges te functioneren maar te weinig informatie om als vervanger van het klassieke leermateriaal door te gaan. Ook in dit artikel wordt weer het misbruik van presentatiesoftware, vaak als gemakkelijkheidsoplossing, aangekaart.

Naast deze artikels op populaire media zijn er ook wetenschappelijke artikels verschenen over dit vermeend misbruik van presentatiesoftware. Een onderzoek uit 2003 (Bartsch & Cobern) onderzoekt of leerlingen meer leren van een, in die tijd nog veelgebruikte, overheadprojectie van transparanten of van een presentatie met het toen nog nieuwe PowerPoint. Hoewel het onderzoek enigszins gedateerd is kunnen de conclusies over het leereffect zeker nog nuttig zijn. De onderzoeksmethodes worden hier dan ook niet besproken, daarvoor wordt verwezen naar het artikel over het onderzoek zelf.

De eerste conclusie is dat leren voor studenten met een goed ruimtelijk inzicht bevorderd wordt door de illustratie met figuren, in vergelijking met droge tekst. Voor leerlingen met minder ruimtelijk inzicht is er geen significant verschil waarneembaar, ook niet in negatieve zin.

Daarnaast blijkt uit het onderzoek dat rijke media, zoals die gebruikt kunnen worden in presentatiesoftware verschillende leerstrategieën kunnen aanspreken en dus voor verschillende leerlingen meer leereffect kunnen bereiken. Dit is vooral het geval voor leerlingen die weinig voorkennis van het onderwerp hebben: voor leerlingen die al veel voorkennis hebben is de rijke media geen toevoeging ten opzichte van de zuivere tekstuele voorstelling.

Tenslotte wordt ook de mening van de studenten zelf gevraagd. In het begin van het semester zijn de studenten enthousiast maar naarmate het semester vordert daalt dit enthousiasme. Dit bevestigt de vaststellingen in de drie eerst genoemde artikels: overdaad schaadt. Een belangrijke opmerking in het artikel is dat illustraties helpen maar dat enkel gerelateerde illustraties een positief leereffect tewerkstelligen: andere illustraties leiden alleen maar af.

Dit is het grote voordeel van presentatiesoftware: complexe of ingewikkelde begrippen of verbanden kunnen duidelijk gemaakt worden aan de hand van eenvoudige figuren waarin stap voor stap een redenering wordt opgebouwd. Er moet echter worden nagedacht hierover: presentatiesoftware gebruiken zonder dit te doen voegt weinig toe aan het leereffect en kan zorgen voor verveling door gewenning, ofwel Death by PowerPoint.


Bronnen:
Bartsch, R.a & Cobern, K.M., 2003. Effectiveness of Powerpoint Presentations in lectures. Computers and Education, 41(1), pp.77-86.

Levy, L., 2015. When PowerPoint Is Pointless. The Huffington Post. Available at: http://www.huffingtonpost.com/laurie-levy/when-power-point-is-pointless_b_6888410.html.

Neyrinck, W. & Smets, I., 2008. Zin en onzin van slides: “Fastfood voor het brein.” Veto, p.3417. Available at: http://www.veto.be/jg32/102-jaargang-34/veto-3417/1760-over-zin-en-onzin-van-slides-qfastfood-voor-de-hersensq.

Smith, P. & Boyd, T., 2015. Westpac boss ends “death by PowerPoint.” The Australian Financial Review. Available at: http://www.afr.com/leadership/management/productivity/westpac-boss-ends-death-by-powerpoint-20150312-1424rl.

10 opmerkingen:

  1. Reacties
    1. Inderdaad, mijn Googleprofiel is slechts beperkt ingevuld, mijn excuses voor de onduidelijkheid.

      Verwijderen
  2. Heel goede uiteenzetting van je artikels, alsook een persoonlijke reflectie. Leest vlot!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Beste Jannes,

    Interessant leesmateriaal! Ik gebruik zelf voor al mijn lessen een PowerPoint-presentatie, die ik na de bewuste lessenreeks steeds ter beschikking stel via Smartschool. Naast de voordelen die jij al opsomde, heeft dat mijns inziens een paar duidelijke pluspunten: het is een houvast voor mezelf tijdens de lessen, het laat afwezige leerlingen toe de gemiste leerstof in te halen op eigen houtje, alle antwoorden staan op de PowerPoint in correct Nederlands (mijn leerlingen zijn grotendeels anderstaligen en als ze zelf een antwoord moeten uitschrijven, staat het vaak vol fouten. Op deze manier worden de leerlingen ook nog eens geconfronteerd met een correct woordbeeld), als er veel tijd zit tussen les en toets, kunnen de leerlingen alle uitleg vinden op de PowerPoint (bij elke invuloefening staat op de PowerPoint ook nog eens waarom dit het juiste antwoord is), ... Bovendien uiten de leerlingen vaak hun appreciatie voor dit systeem en lieten ze me reeds meermaals weten dat ze er veel gebruik van maken als aanvulling bij hun cursus wanneer ze studeren.

    Ik ben me de laatste tijd echter aan het afvragen of het wel een goed idee is om de facto bij elke les een presentatie te maken én om deze steeds ter beschikking te stellen. Allereerst is het érg time-consuming voor mij. Daarnaast merk ik dat de leerlingen er 'luier' van worden (ze noteren niet alles tijdens de lessen en zijn niet altijd aandachtig, want ze kunnen de info toch terugvinden wanneer ze die nodig hebben). Tot slot laat de infrastructuur van de gemiddelde school geregeld te wensen over en is er niets erger dan uren en uren zitten voorbereiden aan een PowerPoint en er dan niets mee kunnen doen omdat de beamer niet werkt.

    Wat denk jij van mijn systeem? Goed idee of niet?

    Alvast bedankt voor je feedback!

    Vriendelijke groet,
    Marie

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Beste Jannes en Marie,

    Zelf ben ik wel een voorstander van een presentatie ter ondersteuning van de les die je geeft. Ten eerste als houvast voor jezelf en ten tweede als extra input van informatie en een duidelijke structuur voor de leerlingen.
    Uit mijn lessen cognitieve psychologie herinner ik me nog dat informatie veel beter wordt onthouden als ze in verschillende modaliteiten wordt aangeboden, i.e zowel auditief in de vorm van de leerkracht die de uitleg geeft, als visueel in de vorm van een afbeelding, geschreven tekst, video enz.
    Net zoals Marie stel ik me ook de vraag of een presentatie waar alles in staat, de leerlingen niet lui maakt en hen belet de antwoorden zelf te noteren. Anderzijds willen we toch ook vermijden dat leerlingen foute informatie instuderen omdat ze het foute antwoord hebben genoteerd. Een presentatie ter ondersteuning van de lessen waarin de essentie zit vervat, lijkt mij een goed idee. Het verschil tussen leerlingen die de moeite hebben gedaan om de antwoorden eerst zelf te zoeken en te noteren en zij die alles van de presentatie van buiten leren, zal volgens mij wel zichtbaar zijn in de diepte van het begrip van de leerstof en hoe lang zij de info zullen onthouden.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Dag Bloggers,

    Dit vind ik inderdaad ook een interessante bijdrage. Ik heb de positieve en negatieve effecten van presentatiesoftware al meermaals kunnen ervaren in een werkomgeving en werd er de afgelopen maanden opnieuw mee geconfronteerd in de IDLO-opleiding.

    Het verschil tussen een nuttige aanvullende presentatie tijdens de les (naast een duidelijke en overzichtelijke syllabus en goede les) en een presentatie die meteen ook maar al de rest moet vervangen is opvallend. Wat dat betreft vind ik het cursusmateriaal nu vaak bedroevend tegenover het 'klassieke' cursusmateriaal dat ik 15 of 20 jaar geleden kreeg tijdens mij opleiding.

    Dit vestigt voor mij nog eens extra de aandacht op het belang van het juist inzetten van dit soort hulpmiddelen bij de uitwerking van lessen, zeker voor tieners. Door dit alles helder op een rijtje te zetten zal ik hier nog bewuster mee omgaan.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Margo en Marie,
    Zoals Elke aanhaalt schuilt hierin het onderscheid tussen volwaardig cursusmateriaal en een presentatie ter aanvulling. Als ik het onderzoek dat ik aanhaal volg, neigt jullie argument een beetje naar het vervangen van dat cursusmateriaal door de presentatie: als de leerlingen afhankelijk zijn van de presentatie lijkt het evenwicht me niet helemaal in orde.
    Maar dat is natuurlijk puur principieel/pragmatisch: ik snap natuurlijk ook het praktische aspect.

    Zoals Margo aangeeft is er natuurlijk wel het voordeel bij het aanbieden van verschillende soorten leermateriaal; de leerling kan zo kiezen wat het beste bij zijn leerstrategie past. Ook voor minder sterke leerlingen kan een houvast handig zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Ik vind dit een heel interessant artikel en er zijn ook al enkele gevarieerde reacties op gekomen, maar toch zou ook ik hier graag nog mijn insteek willen geven.
    Er zijn mijn inziens 2 verschillende gedachtegangen te onderscheiden. Enerzijds de presentatie die alle nodige informatie bevat. Zoals jullie zelf aangeven: Het is gemakkelijk zowel voor de leerkracht als voor de leerlingen, alle correcte informatie is terug te vinden in 1 bestand, dat door de leerkracht tijdens de les kan getoond worden en achteraf door de leerlingen als cursusmateriaal kan gebruikt worden. Anderzijds de presentatie die (slechts?) een aanvulling of illustratie is van hetgeen de leraar vertelt en hetgeen er in de cursus geschreven staat. Deze presentatie helpt het proces van het opnemen van de informatie door de leerlingen tijdens de les.
    Naar mijn mening wordt de presentatiesoftware in het eerste geval niet gebruikt waarvoor het eigenlijk dient. Het voordeel is inderdaad het gemak om 1 bestand te hebben dat men beide kan tonen op het scherm en als volledig cursusmateriaal kan gebruiken, maar dan heeft de presentatie op zich geen toegevoegde waarde meer. Het nut van een presentatie is juist om hetgeen je wil uit leggen te illustreren zodat de boodschap gemakkelijker overkomt. Het hoeft geen volledig naslagwerk te zijn waarin de leerlingen achteraf alle correcte informatie kunnen vinden. Daarvoor dient een cursus die allicht is opgesteld in een tekstverwerkingsprogramma (of eventueel een andere creatievere vorm.) Al deze inhoud hoeft ook niet geprojecteerd geweest te zijn tijdens de les. De presentatie dient om de structuur van de les aan te brengen, de hoofdpunten in de verf te zetten en te illustreren met afbeeldingen of filmpjes. Het kan een hulp zijn voor de leerlingen om te noteren wanneer ze vooraf hand-outs ter beschikking hebben. Op die manier kunnen ze noteren wat de leerkracht vertelt bij iedere slide. Er kan ook verwezen worden naar het besproken hoofdstuk in de cursus zo kunnen de studenten ook daarmee volgen wat er uitgelegd wordt.
    Het idee dat een presentatie niet de volledige inhoud hoeft te bevatten, maar vooral als aanvulling dient, neemt ook in populariteit toe heb ik de indruk. Er worden al maar meer alternatieven ontwikkeld voor de traditionele presentatie software (be it Powerpoint, Impress of…). Er is presentatiesoftware die nog veel meer creativiteit toe laat dan enkel een diavoorstelling na te bootsen, ik denk bvb aan Prezi. Deze software biedt meer grafische effecten om in te gaan op specifiekere details en dan weer terug te keren naar het grotere geheel en zo veel meer dan enkel een opeenvolging van slides. Daarnaast is er ook presentatiesoftware die nog extra functionaiteiten toevoegt aan de diavoorselling zoals bvb interactie met het publiek, bvb Presenter met ProConnect. Dit pakket bevat een app die de toehoorders kunnen installeren op hun smart device om zo feedback te geven aan de spreker. Ongetwijfeld zullen er nog wel andere alternatieve presentatiesoftwarepakketten bestaan, die ik zelf nog niet ontdekt heb, maar die elk op hun eigen originele manier iets meer te bieden hebben dan een klassieke diavoorstelling en dus eerder tot doel hebben om de presentatie te aan te vullen dan wel degelijk alle inhoud te bevatten.

    BeantwoordenVerwijderen
  8. De problemen die dit bericht aankaart, zijn heel herkenbaar. Zelf maak ik ook veel gebruik van PowerPoint tijdens mijn lessen. Ik heb eigenlijk twee soorten PowerPoints. De eerste is niet strikt noodzakelijk, omdat ik enkel het werkboek zou kunnen gebruiken. Toch laat ik graag extra afbeeldingen, filmpjes of informatie zien op de PowerPoint om de leerlingen extra informatie en concrete voorbeelden te geven die we kunnen bespreken. Zo hebben ze afwisseling en is de les minder droog. De tweede soort PowerPoint dient niet als aanvulling op het lesmateriaal, maar ìs het lesmateriaal. Dit komt omdat ik een mentor heb die in een paar van haar klassen geen hand- of werkboek gebruikt. Ik besteed heel veel tijd aan het maken van zo'n PowerPoint, maar ik geniet ook wel van de vrijheid om mijn lesmateriaal helemaal zelf te verzamelen en aan te maken.
    Ik moet dan vaak de neiging onderdrukken om niet te veel informatie op de slides te zetten. Vroeger zou ik zelfs hele blokken tekst typen die helemaal in volzinnen stonden. Nu doe ik het beter, maar toch staat er veel op de slides, omdat ik "volledig" wil zijn. Ik heb ook schrik dat ik zal vergeten om iets te zeggen, wat me ook een paar keer effectief overkomen is. En natuurlijk heb ik de neiging om af te lezen. Als ik niet aflees, vertel ik gewoonlijk door tot ik alle informatie op de slide gezegd heb. Daarna klik ik een paar keer, en verschijnt de informatie er vlug na elkaar op, vaak in een andere volgorde dan ik het verteld heb, wat ook niet ideaal is voor de structuur van het lesmateriaal.
    Toch is de PowerPoint een grote meerwaarde, omdat ik gemakkelijk afbeeldingen, tabellen, en filmpjes kan tonen (die ik vaak op het internet gevonden heb). Informatie waar ik op moet terugkomen? Ik ga gewoon een paar slides terug. Als ik geen PowerPoint zou gebruiken waar alle informatie op staat, zou ik heel veel tijd besteden aan het opschrijven van de informatie op bord en zouden de leerlingen eveneens heel veel tijd besteden aan het noteren van die informatie. PowerPoints besparen dus heel veel tijd. Als ik de leerlingen de slides niet geef (tijdens de les of achteraf), schrijven ze alles over wat op de slides staat, wat een groot deel van de tijdswinst teniet doet. Als ze de slides krijgen, noteren ze niets, zelfs wanneer ik iets vermeld dat niet op de slides staat of als er iets moeilijks staat dat ze beter ook nog eens in hun eigen woorden zouden opschrijven. Ze noteren alleen wanneer ik hen expliciet zeg dat ze iets moeten opschrijven.
    De leerlingen hebben de reflex om te noteren gewoon nog niet in voldoende mate ontwikkeld, en ik denk niet dat dit enkel aan het gebruik van PowerPoints ligt. In een andere klas moesten de leerlingen de hoofdgedachte van elke alinea in een tekst aanduiden. Ze hadden de grootste moeite om dit te doen. Hoe kunnen ze goed noteren als ze hoofdzaak niet kunnen onderscheiden van bijzaak? Als er in die klas meer aandacht besteed was aan hoe informatie gestructureerd wordt/kan worden, zouden de leerlingen misschien beter zijn in het nemen van notities.

    BeantwoordenVerwijderen