zondag 29 maart 2015

Tablet gebruik voor activerende leeractiviteiten

Tablet gebruik voor activerende leeractiviteiten: een exploratieve casestudy binnen het Vlaams Beroeps- en Technisch Onderwijs (Anna Steeneken, 2013)
Samenvatting:
Deze thesis gaat over het gebruik van tablets om activerende leeractiviteiten toe te passen in het BSO en TSO. Volgens Binwel & Eison (1991) is het doel van activerende activiteiten meer gericht op het ontwikkelen van vaardigheden en hogere ordes van denkprocessen (zoals analyse, synthese, evaluatie), dan op het verkrijgen van informatie.

Net zoals bij de normale onderwijspraktijk, dus het lesgeven zonder tablets, moet ook bij het gebruik van tablets aandacht besteed worden aan de context waarbinnen het leren plaats vindt. De context moet namelijk authentiek zijn, met andere woorden, de context moet betekenisvol, realistisch en relevant zijn. (Grabinger & Dunlap, 1995)

Een ander aspect waarmee ook rekening moet worden gehouden is dat het gebruik van tablets op schoolniveau bepaald wordt door de beschikbare infrastructuur, beschikbaarheid van ICT middelen en de ondersteuning die de docent krijgt bij de integratie van ICT.

In de basiscompetenties voor leraren (Vlaamse Regering, 2008) wordt duidelijk vermeld dat “de docent een krachtige leeromgeving kan realiseren….”. In de uitwerking van deze basiscompetentie komen de kenmerken van activerend leren naar voren:

·         De leerkracht kan leerlingen in de gelegenheid stellen om leerinhouden actief te ontdekken en te verwerken;
·         De leerkracht kan de leerlingen leren reflecteren over hun leerproces;
·         De leerkracht kan samenwerkend leren bevorderen;
·         De leerkracht kan leerinhouden inbedden in authentieke, reële situaties die voor de leerlingen betekenisvol zijn.

Een andere belangrijke basiscompetentie die hier hand in hand mee samengaat is dat de leerkracht ICT functioneel moet kunnen integreren als hij een krachtige leeromgeving ontwerpt.

Taylor, Sharples, O’Malley, Vavoula en Waycott (2006) onderscheiden zes factoren die de leerresultaten met mobiele technologie beïnvloeden: (1) instrument, (2) subject, (3) controle, (4) context, (5) communicatie en (6) object:

·         (1) instrument: de didactische rol van het mobiele apparaat; deze kan gaan van het leveren van content tot het zelf creëren van content op het mobiele apparaat;
·         (2) subject: de mate waarin de lerende voorkennis heeft over het onderwerp;
·         (3) controle: de mate van controle die de lerende heeft over zijn eigen leerproces;
·         (4) context: de relevantie van de fysieke omgeving waarin het leren plaats vindt ten opzichte van de leervraag;
·         (5) communicatie: de mate waarin communicatie tussen de lerende plaats vindt bij het uitvoeren van leeractiviteiten zoals het samenwerken in groepen;
·         (6) object: het niveau van het leerdoel, deze kan gaan van kennis vergaren tot leerdoelen op het niveau van synthese en evalueren.

Aan de hand van deze factoren kan worden nagegaan in welke mate deze worden toegepast bij het gebruiken van mobiel leren. Hierdoor kan men ook zien waaraan er nog gewerkt moet worden om het inzetten van mobiel leren te optimaliseren.

De invloed van de normale onderwijspraktijk zien we ook terug komen bij het soort activiteiten welke de docenten hebben gedaan. Deze zijn in opzet grotendeels gelijk aan activiteiten die zij ook zonder de tablet zouden doen. Uit het onderzoek blijkt dat de leerkrachten het moeilijk hebben om hun activerende leeractiviteiten te plaatsen in een sociale en werkelijke context, dus waarin het geleerde gebruikt moet worden. Voor wat betreft de samenwerking was er niet vaak afwisseling. De leerkrachten opteerden vaak voor ofwel individueel werk ofwel vaste groepjes. De leerlingen werkten nooit samen met de hele klas of in verschillende, afwisselende groepjes. Er werden ook nooit activiteiten voorzien waarbij de leerlingen konden reflecteren over wat ze geleerd hebben.

De leerkrachten vinden dat ze door het gebruik maken van tablets ze meer als coach gaan fungeren of als begeleider van het leerproces en niet meer als centraal figuur. De leerlingen zelf worden meer verantwoordelijker voor hun eigen leerproces. De leerkrachten zijn van mening dat het gebruik van tablets enkel mogelijk zou zijn voor de sterkere en dus de meer gemotiveerde leerlingen, want de kans is groot dat de zwakkere leerlingen de tablet zouden misbruiken voor andere doeleinden dan de leerstof of leeractiviteiten op zich.

Kritisch

We kunnen er niet meer om heen. Het leven van de leerlingen draait haast enkel meer om mobiele technologie. Leerlingen gebruiken constant apps, zitten constant op social media, etc. Dus is het haast ondenkbaar om als leerkracht of school niet op deze kar te springen en dus deze technologie te betrekken in het lesgeven, aangezien je als leerkracht de leefwereld van de leerlingen altijd moet betrekken bij de les.

Als leerkracht is het wel ontzettend belangrijk dat ze hiervoor een opleiding of nascholing krijgen per vak om te weten welke apps ze goed kunnen gebruiken voor welk vak. Het is uiteraard niet de bedoeling dat de leerkrachten met de losse pols apps beginnen te gebruiken, dit om te voorkomen dat het effectieve leergebeuren niet verwaarloosd wordt en dat de leerlingen effectief iets leren. De technologische wereld staat niet stil, dus kan dit ook geen eenmalige opleiding of nascholing zijn. Het is dan ook de bedoeling dat de leerkrachten ook op dit vlak constant bijgeschoold worden, en dus niet alleen op pedagogisch vlak. Volgens Murray en Olcese (2011) zijn er momenteel niet altijd applicaties die tegemoet komen aan de moderne ideeën over leren. Uiteraard moeten de apps ook wel voldoen aan de zes factoren die moderne leerresultaten met mobiele technologie beïnvloeden. Al te vaak zijn de apps die gebruikt werden in dit onderzoek niet gericht op samenwerking en is er ook gebrek aan sociale en werkelijke context.

In het onderzoek werd ook vermeld dat de leerkrachten vonden dat tablets enkel gebruikt mochten worden bij sterkere en gemotiveerde leerlingen. Ze denken dan dat de leerlingen de tablet niet efficiënt gaan gebruiken en dus eigenlijk niets nuttigs zouden doen. Ik kan me hier helemaal niet in vinden. Toen de computer zijn intrede deed in de klas stonden de leerkrachten van toen ook angstvallig af te wachten. Ik denk dat de geschiedenis zich zal herhalen bij de intrede van de tablet. Leerkrachten moeten meer vertrouwen hebben in hun leerlingen. Ik geef stage aan een ASO-richting en de meerderheid van mijn leerlingen is ook zwak, maar in mijn ogen is het de taak van de leerkracht om de les boeiend voor iedereen te maken en een duidelijke structuur te behouden van de les, ook als de overstap naar de tablet wordt gemaakt. Zo is er minder kans dat de leerlingen snel afgeleid zullen worden.

Ikzelf ben lid van een Facebookgroep waarin er lesideeën worden uitgewisseld onder leerkrachten. Het is gratis en is voor iedereen toegankelijk. Leerkrachten moeten niet opnieuw het warm water uitvinden en gewoon de goede lessen met elkaar uitwisselen. Dit concept kan dan in de toekomst ook verder worden uitgewerkt voor het gebruik van apps en tablets in de les.

De enige belangrijkste kritische bedenking die ik hierbij maak is uiteraard de infrastructuur. Momenteel geef ik stage op een school waar regelmatig het internet plat ligt. Ik probeer altijd mijn lessen interactief te maken en heb dus heel vaak internet nodig om de leerlingen iets bij te brengen. De ervaring leert mij dat je altijd iets achter de hand moet hebben voor als het internet niet mee wilt. Als ik dan de bedenking maak dat de leerlingen binnenkort dan allemaal tablets gaan hebben en apps gebruiken, hoe gaan de leerkrachten dan met dit probleem omgaan.

Een ander negatief puntje dat ik wil formuleren bij het gebruik van tablets is wat als er een leerling zijn tablet thuis is vergeten? Momenteel gebruiken de leerlingen vaak het excuus dat ze hun schoolwerk of hun schoolboeken thuis vergeten zijn. Wordt er dan van de school verwacht dat ze enkele tablets in reserve hebben voor noodgevallen?

Kortom, ik ben voorstander van het gebruik van tablets in de les, maar er is nog werk aan de winkel wat betreft enerzijds het juiste gebruik van moderne technologie zoals tablets en apps door leerkrachten en anderzijds de infrastructuur op de school.


Bronnen:

Binwel, C.C., & Eison, J.A. (1991). Active Learning: Creating Excitement in the Classroom. ASEH-ERIC Higher Education Report No 1. Washington D.C: The George Washington University, School of Education and Human Development.

Grabinger, R.S., & Dunlap, J.C. (1995). Rich environments for active learning: a definition. Research in Learning Technology, 3(2), 5-34.

Murray, O.T. & Olcese, N.R. (2011). Teaching and learning with iPads, ready or not? TechTrends, 55(6), 42-48.

Taylor, J., Sharples, M., O’Malley, C., Vavoula, G., & Waycott, J. (2006) Towards a task model for mobile learning: a dialectical approach. International Journal of Learning Technology, 2(2), 138-158.

Vlaamse regering (2008), Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de basiscompetenties van de leraren. http://www.ond.vlaanderen.be/edulex/database/document/document.asp?docid=13952   , geraadpleegd op 29 maart 2015


Geen opmerkingen:

Een reactie posten