Videofeedback tijdens de les
lichamelijke opvoeding:
Zien we wat we zien,
of wat we willen zien?
Samenvatting
In
het artikel ‘Move it, Tape it, Watch it, Scroll it, Save it, Use it’ focussen
Tijtgat et al. (2014)
op het gebruik van videofeedback binnen de opleiding lichamelijke opvoeding van
de Associatie KU Leuven. Er wordt aandacht besteed aan o.a. het gebruik, het
nut, de mogelijkheden en de beperkingen van videofeedback. De volgende voor- en
nadelen van videofeedback werden op basis van een online bevraging bij 64 KU
Leuven docenten verzameld:
- instructie / demonstratie op basis van beeldmateriaal (play);
- mogelijkheid tot visuele live feedback per leerling (replay);
- mogelijkheid tot constante individuele feedback per leerling (live delay);
- mogelijkheid tot beeld- / bewegingsanalyse door de leraar of leerlingen na de les;
- objectieve product evaluatie door leraar/peers/leerling;
- objectieve proces evaluatie door leraar/leerlingen;
- benodigde materiaal is niet altijd beschikbaar;
- problematiek m.b.t. opstelling van materiaal (vb. camera, bekabeling);
- gebrek aan ICT-kennis en vaardigheden;
- veranderde lesorganisatie en begeleiding;
- verminderen van de effectieve les/beweegtijd;
- angst dat de leraar inclusief zijn/haar
vakkennis op de achtergrond verdwijnt;
Reflectie:
Hoewel de kwantiteit
en kwaliteit van digitale leermiddelen de laatste jaren enorm is toegenomen
binnen het Vlaamse onderwijslandschap, blijft één van de belangrijkste
discussiepunten of jongeren ook effectief voordeel hebben bij technologie
tijdens de les. Deze vraag is actueler dan ooit binnen het vak lichamelijke
opvoeding, waar digitale leermiddelen eerder langzaam hun intrede maken (Kimbroug
et al., 2014; Madou & Cottyn, 2014). De positieve impact van videofeedback tijdens de les lichamelijke opvoeding op het leerproces van
leerlingen basis- en secundair onderwijs werd recent nochtans aangetoond door
respectievelijk O'Loughlin et al. (2013) en Laziridis et al. (2012). Zo zouden
leerlingen niet alleen beter gaan bewegen, maar ook sterker gaan geloven in
eigen kunnen doordat ze goede pogingen opnieuw kunnen bekijken
(zelfmodellering). Op basis van bovenstaande argumentatie, vind ik artikels zoals
deze van Tijtgat et al. (2014) belangrijk, omdat ze telkens weer leraren
lichamelijke opvoeding trachten aan te zetten tot de integratie van relevante
digitale leermiddelen (vb. videofeedback) binnen hun lessen.
Opmerkelijk vind ik
dat een groot deel van de respondenten uit het
geciteerde onderzoek zich blijven verschuilen achter hoofdzakelijk ‘extrinsieke’
factoren (o.a., organisatie, materiaal, tijd en/of technische beperkingen) om
videofeedback uit de lessen te mijden. Een argumentatie die vervolgens -
misschien logisch - ook overgenomen wordt door leraren L.O. in het basis- en
secundair onderwijs. Nochtans, werd de laatste jaren juist op ‘extrinsiek’
vlak vooruitgang geboekt, dankzij de ontwikkeling van gebruiksvriendelijke en betaalbare
videofeedback tools. Bijvoorbeeld: free/open source videofeedback software
(o.a., Kinovea), free videofeedback apps (vb. Coach’s eye, BaMvideo Delay), tablet i.p.v. laptop, draadloze camera
besturing vanaf tablet/laptop, draadloze beeldtransmissie van camera naar
tablet/laptop, enz.
Als een mogelijke reden voor het zich verschuilen achter ‘extrinsieke’
factoren zie ik de ‘zwart-wit’ mentaliteit binnen het vakgebied van de
lichamelijke opvoeding t.o.v. digitale leermiddelen in het algemeen en videofeedback
in het bijzonder. Enerzijds heb je de ICT-minded leraar L.O. (innovator / early
adaptor) die iedere mogelijkheid aangrijpt om zo veel mogelijk (nieuwe)
digitale leermiddelen in de les de introduceren, terwijl zijn tegenpool (laggards)
alles onderneemt om deze zo ver mogelijk uit de les te bannen. Mijn
belangrijkste kritiek op het vak lichamelijke opvoeding (basis-, secundair- of
hoger onderwijsniveau) alsook op de vakspecifieke wetenschappelijke literatuur is
dat weinigen - ICT-minded of niet - zich systematisch de vraag stellen bij wie?
wanneer? waarom? of hoe? een bepaald digitaal leermiddel effectief een
meerwaarde kan bieden voor het leerproces van de leerlingen. In deze context is
het videofragment van Prof. dr. Martin Valcke (UGent) op de website van Klasse wat
mij betreft zeker een aanrader. Valcke toont op basis van wetenschappelijk
onderzoek Van Hattie (2009) het effect van verschillende ICT toepassingen binnen
het onderwijs. Hoewel de praktijkvoorbeelden van Valcke
hoofdzakelijk wiskundig georiënteerd zijn, is de primaire boodschap van de
presentatie mijn inziens van toepassing voor alle vakken, namelijk: ” Gebruik niet zomaar ICT in je klas, maar vraag je telkens opnieuw af hoe de
computer, de tablet of de app jouw leerdoelen, inhouden, werkvormen, media en
evaluatie kunnen dienen.”
Ik ben van mening dat zowel binnen de vakspecifieke (wetenschappelijke) literatuur
(o.a., Madou & Cottyn, 2014; Tijtgat et al., 2014), als binnen de onderwijspraktijk
van het vak lichamelijke opvoeding te weinig aandacht besteed wordt aan de
didactische en/of methodologische aanpak van videofeedback. De ICT-minded
leraar L.O. (vb. Dartfish) introduceert dan wel videofeedback als
demonstratie-, feedback-, analyse- en/of evaluatietool tijdens zijn/haar lessen,
maar zelden tot nooit houdt hij/zij er rekening mee dat:
- onder sommige omstandigheden een ‘te expliciete benadering’ het effectief leren van jongeren in het gedrang kan brengen;
- het uitblijven van een positief leereffect bij videofeedback vaak te wijten is aan het feit dat jongeren overstelpt worden door de grote hoeveelheid informatie in de videobeelden;
- de analyse, evaluatie en interpretatie van beelden beperkt worden door de mogelijkheden van het menselijk visueel apparaat (vb. waarnemingsbeperking) en de subjectiviteit waarmee mensen naar beelden kijken (zien vs. kijken);
- een aantal features op de videofeedback tools beter niet kunnen gebruikt worden omdat ze niet valide of betrouwbaar zijn (vb. hoek-/afstandsberekening tools);
- enz.
Vandaar ook de ondertitel van deze blog: “Zien we wat we zien, of wat we willen
zien?”
In tegenstelling tot wat de meeste literatuur, docenten of leraren L.O. mogen
beweren, ligt de primaire beperkende factor van videofeedback in het onderwijs
volgens mij niet op het vlak van organisatie, materiaal, timing en/of technische
vaardigheden doch eerder aan het gebrek van een doordachte gestandaardiseerde
werkwijze/methodologie. Videofeedback is vandaag nog te veel een veredelde vorm
van beeldjes kijken in tegenstelling tot de valide, betrouwbare, objectieve
evaluatiemethode die het zou kunnen zijn. In tegenstelling tot andere, eerder
theoretische vakken, ontbreekt het in het vak lichamelijke opvoeding nog steeds
aan een methode die objectief aantoont waar leerlingen zich bevinden in het
leerproces en/of de nagestreefde doelstellingen ook effectief door de
leerlingen bereikt worden. In deze context, is deze blog een pleidooi om in
plaats van hoofdzakelijk verder in te zetten op organisatorische en/of
technische ondersteuning (zoals voorgesteld in het geciteerde artikel van
Tijtgat et al., 2014) in eerste
instantie beter werk kan gemaakt worden van een methodologie die van het
dynamisch gegeven ‘zien’ een eerder statisch en bijgevolg meer objectief en
beter reproduceerbaar item maakt. Een videofeedback methodologie die het voor
zowel leerlingen als leraren mogelijk maakt om “Te zien wat er effectief te
zien is, en niet wat m’n denkt of hoopt te zien”!
Referenties
Hattie (2009). Visible learning: A synthesis of 800 meta-analyses relating to achievement. Taylor & Francis Ltd. p.329.
http://visible-learning.org/hattie-ranking-influences-effect-sizes-learning-achievement/
Kimbroug,
S., Tietjen-Smith, T., Block,B., & Blackmon,C. (2014). Use of avatars to depict
teacher characteristics in physical education, Chronicle of Kinesiology &
Physical Education in Higher Education, 25(3), p.21-28.
Laziridis, A., & Gorozidis, G. (2012). The effect
of feedback with self-modeling on learning the volleyball service, in Physical
Education Classes. Inquiries in Sport & Physical Education,103-114.
Madou, T., & Cottyn, J.
(2014). Videofeedback met behulp van tablets in de les L.O. Tijdschrift voor
Lichamelijke Opvoeding, 1(241), p.22-26.
O'Loughlin,
J., Ni Chroinin, D., & O'Grady, D. (2013). Digital video: The impact on
children’s learning experiences in primary physical education. European
Physical Education Review, 19(2), p.165-182.
Tijtgat, P., Madou, T., Cottyn, J. (2014) Move it,
tape it, watch it, scroll it, save it, use it? De rol van videofeedback
in de lerarenopleiding lichamelijke opvoeding, Tijdschrift voor Lichamelijke
Opvoeding, 2(242), p. 22-25.
http://issuu.com/bvlo/docs/242_-_5_juni_2014
Van der Kamp, J., & Kok, M.
(2013). Digitale video en (zelf-)modellering in de gymles. Lichamelijke Opvoeding,
101, p.10-13.
http://www.nisb.nl/weten/bibliotheek/publicaties.html?item=14608&view=1017935
Valcke, M. (2014). Efficiënte ICT
keuzes maken. Klasse
http://www.klasse.be/leraren/video/martin-valcke-efficiente-ict-keuzes-maken
SUPER !
BeantwoordenVerwijderenSchitterende blog!
BeantwoordenVerwijderenEen video-opname tijdens de biologie practica die ik doceer zou een belangrijke meerwaarde vormen. Dikwijls weten studenten niet meer waar ze fouten hebben gemaakt wanneer hun experiment mislukte.
Dag Liesbeth,
VerwijderenDan denk/hoop ik dat je een aantal praktische ideeën en technologieën kan leren kennen tijdens de presentatie van ons groepswerk. Altijd bereid om je nadien op weg te helpen met het nemen en tonen van beeldmateriaal tijdens de les!
Met vriendelijke groeten,
Kristof